Degli occhi Il dolce giro
Degli occhi il dolce giro
E’l guardo ond’ardo s’io miro sospiro
E s’io no’l miro partir o fuggire,
partir o fuggire, partir o fuggire
Non so voglio morire, voglio morire.
Di gioia or chi mi priva
Ch’io moro, adoro, una Diva ch’è schiva
Pietà omai se non ch’ardendo e struggendo,
ch’ardendo e struggendo, ch’ardendo e struggendo
Vivrò sempre e piangendo, sempre e piangendo.
Amor deh, dammi pace
Ch’invero io pero e la face mi sface
O da gli occhi col dardo forte in sorte,
dardo forte in sorte, dardo forte in sorte
Ormai mi dona morte, mi dona morte.
De zachte ronding van je ogen
De zachte ronding van je ogen
en je verzengende blik, als ik begerig kijk
om niet te kijken moet ik weggaan of vluchten,
weggaan of vluchten, weggaan of vluchten
ik weet niet of ik wil sterven, of ik wil sterven.
Wie rooft nu mijn geluk
ik ga dood, ik aanbid een afkerige diva
Heb medelijden als ik ooit verbrand en verga,
verbrand en verga, verbrand en verga
Ik zal altijd in tranen leven, in tranen leven
Ach lief, geef me rust
want ik ga waarlijk ten onder en mijn gezicht smelt
De sterke pijl van jouw ogen is mij noodlottig,
is mij noodlottig, is mij noodlottig
Geef mij nu de eeuwige rust, de eeuwige rust.
Occhi dolce e soavi
Occhi dolci e soavi,
Ch’avete del mio afflitto cor le chiavi,
Non mi perseguitate,
Ch’ho gelosia del sol che voi mirate.
Celatemi la luce
Ch’eternamente a pianger mi conduce,
Pur ch’ad altri si cele,
In tenebre vivro lieto e fidele.
Lieflijke zachte ogen
Lieflijke zachte ogen,
die de sleutel bezitten tot mijn gekwelde hart,
achtervolg mij niet,
want ik ben jaloers op de zon die je uitstraalt.
Verberg voor mij het licht,
dat me voor altijd doet lijden,
want voor de anderen verborgen,
zal ik in het duister blij en trouw leven.